In een zeer ver en dus enigzins grijs verleden gingen mijn vriend Jan Demayer en ik regelmatig de kunstgalerijen die de stad Hasselt toen rijk was, afschuimen om het werk van jonge en veelbelovende artiesten te gaan bekijken. Een enkele keer hebben we geluk gehad, en was de kunstenaar, meestal een oude, grijze, baardige, een enigzins onverstaanbaar want West-Vlaams dan wel Noord-Limburgs dialect sprekend of totaal zwijgzaam of slechts lichtjes wauwelend want zwaar beschonken man met een stinkende adem en visachtig kijkende ogen, waarvan je niet vermoed zou hebben, of net wel, dat hij de auteur van de kunstgedrochten was die aangeprezen werden als grote kunst, bereid ons al dan niet met enige bekwaamheid te woord te staan.
De jaren vergleden, en de wijsheid heeft ons geleerd, dat wanneer we iets van kunst wilden afweten, wij deze kunstenaars beter niet stoorden in hun artistieke, mercantiele of bacchanale bezigheden, integendeel, dat we ze moesten aanmoedigen desgenoemde bezigheden vooral niet te laten onderbreken door onwetende maar nieuwsgierige humaniorastudenten, en we hun mercantiele activiteiten niet hoefden te verstoren ten voordele van kapitaalkrachtiger en waarschijnlijk meer te pluimen en dus kiekengelijker potentiële bezoekers van de bedoelde galerij.
Onze benadering na enige van deze over het ware kunstenaarsleven toch wel zeer leerzame bezoeken aan de ruimten waar het hoogste verlangen van elke beeldende kunstenaar naar uitgaat, de galerij genaamd, wijzigde mettertijd en het inzicht groeide allengs dat, als je over kunst meer wilde leren, je beter de Hasseltse Grote Markt bezocht, meer bepaald het pand gelegen naast het beroemde huis 't Zweerd', alwaar de ondertussen vergane glorie van Limburgs boekhandel 'Heideland' gevestigd was. Aldaar hadden ze onder meer van de reeks "Sesam Kunstgeschiedenis" zoveel exemplaren in voorraad, dat je na enig aandringen één ervan te koop aangeboden kreeg.
Deze lange, maar duidende inleiding om te zeggen dat ik erin geslaagd ben te kopen: de volledige reeds van de Sesam KG, delen 1 tot 18. Toendertijd konden onze kapitaalarme portemonneetjes niet meer dan één boekje tegelijkertijd aan, en waar ze naartoe zijn weet ik niet meer, maar de ganse verzameling heeft me deze keer minder gekost dan hetgeen ik toen in mijn toenmalige kapitaalarmoede voor deel 1 moest neertellen. Dat deze reeks schijnbaar oneindig was, hielp ook niet echt. Of hoe een oud-leerling van het Sint-Jozefscollege de inflatie heruitgevonden en meteen ook getemd heeft. Zijn eigen versie dan wel.
De boekjes zijn gezien hun leeftijd nog in goede staat. Ik ook, dank u. In sommige bevinden zich nog de stortingsbulletins, die bewijzen dat de boekjes toch per stuk verkocht werden voor 86 frank. Maar zeer mooi, en voor mij toch wel een verrassing, is de nieuwjaarskaart die als bladwijzer in een boekje stak. Het is een door Thomas met de voet geschilderd stilleven met een vaas klaprozen, waarvan ik hoop dat de schilder er niet te veel tijd heeft moeten aan besteden, daar deze bloemen niet uitblinken door hun snijbloemkwaliteiten. Maar de zes cent die de postzegel destijds mocht kosten om van Eindhoven een nieuwjaarswens naar Lasne, Chapelle-St.-Lambert (België) te zenden, zijn welbesteed en mooi geweest. Zij zullen bij mij voornamelijk de vraag doen reizen hoe een uit Nederland vertrekkende Nieuwjaarskaart naar een franstalige bestemming in België weer in Oudenaardes Kringloopwinkel terechtgekomen is. In een reeks over kunstgeschiedenis in het Nederlands geschreven. En aldus in Limburgse handen terecht komt. Raar toch, die wereld.
In de afdeling geschiedenis en oorlog komt het werk van John Toland: De slag om Europa 1945 de informatie vervoegen. Als Hollandia Pocket is het een 5de uitgave. Helaas is een dergelijk werk niets zonder een representatieve sectie fotomateriaal. Hieraan ontbreekt het volkomen. De tekst moet het allemaal zelf doen.
Gaston Van Camp geeft dan weer via een tiental markante verhalen op zijn manier een eigenzinnige inkijk in de twintigste eeuw. Vrouwenstemrecht, de exploratie van de Noordpool, de Olympische spelen in Berlijn, alles in zijn kader geplaatst, en met enig fotomateriaal, dat in historisch zwart-wit en dikwijls thumbnailformaat minder aangenaam is te bekijken. Maar wel informatief en duidelijk stellend hoe het er in "De Waanzinnige 20e Eeuw" aan toeging.
Filip Santy en Antoon Osaer hebben voor Kadoc en het Provinciebestuur Oost-Vlaanderen een mooi werk over de banistiek van de christelijke arbeidersbeweging gemaakt: Met Vlag en Wimpel - De banistiek van de christelijke arbeidersbeweging in Vlaanderen. Spijtig genoeg lag alleen deel 2 in de aanbieding. Zodoende ontsnapt mij de totale geschiedenis. Dit deel is enkel een repertorium, gelukkig met van alle vlaggen een mooie en duidelijke foto en een gestructureerde beschrijving. Dat is op zich al een heleboel. Mooi verzorgd werk, uitgegeven in 1984.
De jaren vergleden, en de wijsheid heeft ons geleerd, dat wanneer we iets van kunst wilden afweten, wij deze kunstenaars beter niet stoorden in hun artistieke, mercantiele of bacchanale bezigheden, integendeel, dat we ze moesten aanmoedigen desgenoemde bezigheden vooral niet te laten onderbreken door onwetende maar nieuwsgierige humaniorastudenten, en we hun mercantiele activiteiten niet hoefden te verstoren ten voordele van kapitaalkrachtiger en waarschijnlijk meer te pluimen en dus kiekengelijker potentiële bezoekers van de bedoelde galerij.
Onze benadering na enige van deze over het ware kunstenaarsleven toch wel zeer leerzame bezoeken aan de ruimten waar het hoogste verlangen van elke beeldende kunstenaar naar uitgaat, de galerij genaamd, wijzigde mettertijd en het inzicht groeide allengs dat, als je over kunst meer wilde leren, je beter de Hasseltse Grote Markt bezocht, meer bepaald het pand gelegen naast het beroemde huis 't Zweerd', alwaar de ondertussen vergane glorie van Limburgs boekhandel 'Heideland' gevestigd was. Aldaar hadden ze onder meer van de reeks "Sesam Kunstgeschiedenis" zoveel exemplaren in voorraad, dat je na enig aandringen één ervan te koop aangeboden kreeg.
Deze lange, maar duidende inleiding om te zeggen dat ik erin geslaagd ben te kopen: de volledige reeds van de Sesam KG, delen 1 tot 18. Toendertijd konden onze kapitaalarme portemonneetjes niet meer dan één boekje tegelijkertijd aan, en waar ze naartoe zijn weet ik niet meer, maar de ganse verzameling heeft me deze keer minder gekost dan hetgeen ik toen in mijn toenmalige kapitaalarmoede voor deel 1 moest neertellen. Dat deze reeks schijnbaar oneindig was, hielp ook niet echt. Of hoe een oud-leerling van het Sint-Jozefscollege de inflatie heruitgevonden en meteen ook getemd heeft. Zijn eigen versie dan wel.
De boekjes zijn gezien hun leeftijd nog in goede staat. Ik ook, dank u. In sommige bevinden zich nog de stortingsbulletins, die bewijzen dat de boekjes toch per stuk verkocht werden voor 86 frank. Maar zeer mooi, en voor mij toch wel een verrassing, is de nieuwjaarskaart die als bladwijzer in een boekje stak. Het is een door Thomas met de voet geschilderd stilleven met een vaas klaprozen, waarvan ik hoop dat de schilder er niet te veel tijd heeft moeten aan besteden, daar deze bloemen niet uitblinken door hun snijbloemkwaliteiten. Maar de zes cent die de postzegel destijds mocht kosten om van Eindhoven een nieuwjaarswens naar Lasne, Chapelle-St.-Lambert (België) te zenden, zijn welbesteed en mooi geweest. Zij zullen bij mij voornamelijk de vraag doen reizen hoe een uit Nederland vertrekkende Nieuwjaarskaart naar een franstalige bestemming in België weer in Oudenaardes Kringloopwinkel terechtgekomen is. In een reeks over kunstgeschiedenis in het Nederlands geschreven. En aldus in Limburgse handen terecht komt. Raar toch, die wereld.
In de afdeling geschiedenis en oorlog komt het werk van John Toland: De slag om Europa 1945 de informatie vervoegen. Als Hollandia Pocket is het een 5de uitgave. Helaas is een dergelijk werk niets zonder een representatieve sectie fotomateriaal. Hieraan ontbreekt het volkomen. De tekst moet het allemaal zelf doen.
Gaston Van Camp geeft dan weer via een tiental markante verhalen op zijn manier een eigenzinnige inkijk in de twintigste eeuw. Vrouwenstemrecht, de exploratie van de Noordpool, de Olympische spelen in Berlijn, alles in zijn kader geplaatst, en met enig fotomateriaal, dat in historisch zwart-wit en dikwijls thumbnailformaat minder aangenaam is te bekijken. Maar wel informatief en duidelijk stellend hoe het er in "De Waanzinnige 20e Eeuw" aan toeging.
Filip Santy en Antoon Osaer hebben voor Kadoc en het Provinciebestuur Oost-Vlaanderen een mooi werk over de banistiek van de christelijke arbeidersbeweging gemaakt: Met Vlag en Wimpel - De banistiek van de christelijke arbeidersbeweging in Vlaanderen. Spijtig genoeg lag alleen deel 2 in de aanbieding. Zodoende ontsnapt mij de totale geschiedenis. Dit deel is enkel een repertorium, gelukkig met van alle vlaggen een mooie en duidelijke foto en een gestructureerde beschrijving. Dat is op zich al een heleboel. Mooi verzorgd werk, uitgegeven in 1984.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten