Oef, ik heb het volgehouden, en het boek helemaal uitgelezen. Warden Oom, pseudoniem van Edward Vermeulen, heeft een boek geschreven, en ik heb het gelezen. Niets nieuw onder de zon, duizenden Vlamingen hebben deze stroeve, West-Vlaamse lectuur doorworsteld, en naargelang van hun afkomst, dit schrijfsel verafgodend opgedronken, dan wel met de zangerigheid van de Limburger vervloekt. Perdaaf toch, jong, da kan toch nie, zoe e gezaag. Dije kalt plat West-Vlams in zen biek!
Alles heeft zijn plaats, alles heeft zijn tijd. Ik schrik altijd als ik de vanzefsprekendheid bemerk, waarmee de West-Vlaming destijds er van uit ging dat zijn sprake alleenzaligmakend was. Net zoals de Nederlander vandaag nog steeds neerbuigend doet tegen de Vlaming. Zoals de Antwerpenaar denkt dat hij Vlaanderen enige beschaving moet bijbrengen.
Ik houd van Gezelle. Maar ik moet zijn particularisme niet, want dan geef ik toe dat ik als Limburger geen recht tot spreken had, aangezien Gezelle een groot dichter was, en dus de krijtlijnen uitzette, en zodoende moest gevolgd worden.
Foute redenering, natuurlijk, maar ik heb jullie toch lekker even op stang gejaagd. Als het daar op aan komt, is het voldoende even erop te wijzen dat sommige bevolkingsgroepen menen boven de anderen te staan, en dat is dus beslist niet waar. Zeggen ze. En bewijzen daardoor dat hun houding alvast wel zo is: slechts weinig mensen spreken de waarheid, het meerendeel bevestigt de leugen door ze te ontkennen.
Ingewikkelde redenering, nietwaar? En toch is ze correct, maar ze heeft ook een terugslag: ik ben namelijk de Cretenzer, die beweert dat alle Cretenzers leugenaars zijn. En dus de waarheid spreekt, door te liegen. Waarna het opvalt dat ik door te liegen eigenlijk niet meer weet wie ik ben, waar ik vandaan kom, of ik überhaupt iets zeg, en of ik dat naar waarheid lieg. En dus ga ik er maar vanuit, zoals 99.99% van de wereldbevolking, dat ik volkomen bonafide ben, slechts streef naar de waarheid, en dus het beetje leugen dat in me schuilt, tracht te onderdrukken.
Heb je het gezien: ik TRACHT het te onderdrukken. Ik onderdruk het dus niet. Ik tracht het alleen maar. Ik lieg dus, als ik 99.99% waarheid spreek. En dus is mijn waarheid alleen maar een leugen. Wat is de wereld toch een ingewikkeld geval. Eigenlijk zou Hercólubus echt eens moeten langskomen, en komaf maken met dat menselijk gespuis dat er alleen maar op uit is de wereld te bezitten. Boem, gedaan.
Ja, maar dan is het ook boem gedaan met alle dierlijk en plantaardig leven, want een botsing van dergelijke omvang is een uitspatting van de vloeibare kernen van twee planeten, en dag! leven... Of hoe je meteen kan bewijzen dat ook de elementen van het heelal een leugenachtig bestaan lijden: ze komen zogenaamd wezenloos af op eerlijk (toch voor 99.99%, dacht ik) voortzwoegende wezens, die alleen maar door middel van moord en verkraching trachten te overleven in een uitermatige vijandige omgeving. Ze vernietigen veel meer dan er nodig is om de oorlog te winnen, en claimen dan dat de door de botsing opgelopen wonde de schuld van hun slachtoffer is.
Jongens toch, was ik toch maar de zon, of liever Pluto, die gedegradeerd en wel daar miljoenen kilometers vandaan loopt te cirkelen in zijn gevangenis-baantje omheen dat sterretje.
Wat heeft dit alles te maken met Warden Oom? Om het kort te houden: niets. Ik houd ervan af en toe mijn gedachten eindeloos te laten stromen, vloeien, en dan met verbazing naar het resultaat te kijken.
Heeft Warden Oom dat ook op die manier gedaan, of heeft deze eenvoudige landman gelijk een echte vakman-schrijver zijn draadjes eerst goed uitgesponnen, om vervolgens over die steunen heen zijn web van De Blieckaerts te spinnen, en alle ongeluk van de wereld op die manier in het reine te laten komen?
Is Gezelle echt een grote dichter, of een man die alleen maar zag dat Vlaanderen nood had aan een leidende stem in het koor, een stem die de katholieke gedachte ronddroeg, een stem die zijn West-Vlaamse wortels zelf van bodem voorzag, en dus eigenlijk door zijn levenswijze ertoe kwam om uiteindelijk tegen de wil van bissschop en staat in de grootste onder zijn gelijken te worden?
Vermeulen en Gezelle, jullie zijn zo ontiegelijk moeilijk te lezen, voor het kleine limburgertje dat hier zijn laatste woordjes tikt, maar het is allemaal zo ... schoon. Dat Hercólubus nog lang moge draaien rondom de zon die ons warmte bezorgt, en, in de visie van Vermeulen en Gezelle, Gods warmte ronddraagt.
Alles heeft zijn plaats, alles heeft zijn tijd. Ik schrik altijd als ik de vanzefsprekendheid bemerk, waarmee de West-Vlaming destijds er van uit ging dat zijn sprake alleenzaligmakend was. Net zoals de Nederlander vandaag nog steeds neerbuigend doet tegen de Vlaming. Zoals de Antwerpenaar denkt dat hij Vlaanderen enige beschaving moet bijbrengen.
Ik houd van Gezelle. Maar ik moet zijn particularisme niet, want dan geef ik toe dat ik als Limburger geen recht tot spreken had, aangezien Gezelle een groot dichter was, en dus de krijtlijnen uitzette, en zodoende moest gevolgd worden.
Foute redenering, natuurlijk, maar ik heb jullie toch lekker even op stang gejaagd. Als het daar op aan komt, is het voldoende even erop te wijzen dat sommige bevolkingsgroepen menen boven de anderen te staan, en dat is dus beslist niet waar. Zeggen ze. En bewijzen daardoor dat hun houding alvast wel zo is: slechts weinig mensen spreken de waarheid, het meerendeel bevestigt de leugen door ze te ontkennen.
Ingewikkelde redenering, nietwaar? En toch is ze correct, maar ze heeft ook een terugslag: ik ben namelijk de Cretenzer, die beweert dat alle Cretenzers leugenaars zijn. En dus de waarheid spreekt, door te liegen. Waarna het opvalt dat ik door te liegen eigenlijk niet meer weet wie ik ben, waar ik vandaan kom, of ik überhaupt iets zeg, en of ik dat naar waarheid lieg. En dus ga ik er maar vanuit, zoals 99.99% van de wereldbevolking, dat ik volkomen bonafide ben, slechts streef naar de waarheid, en dus het beetje leugen dat in me schuilt, tracht te onderdrukken.
Heb je het gezien: ik TRACHT het te onderdrukken. Ik onderdruk het dus niet. Ik tracht het alleen maar. Ik lieg dus, als ik 99.99% waarheid spreek. En dus is mijn waarheid alleen maar een leugen. Wat is de wereld toch een ingewikkeld geval. Eigenlijk zou Hercólubus echt eens moeten langskomen, en komaf maken met dat menselijk gespuis dat er alleen maar op uit is de wereld te bezitten. Boem, gedaan.
Ja, maar dan is het ook boem gedaan met alle dierlijk en plantaardig leven, want een botsing van dergelijke omvang is een uitspatting van de vloeibare kernen van twee planeten, en dag! leven... Of hoe je meteen kan bewijzen dat ook de elementen van het heelal een leugenachtig bestaan lijden: ze komen zogenaamd wezenloos af op eerlijk (toch voor 99.99%, dacht ik) voortzwoegende wezens, die alleen maar door middel van moord en verkraching trachten te overleven in een uitermatige vijandige omgeving. Ze vernietigen veel meer dan er nodig is om de oorlog te winnen, en claimen dan dat de door de botsing opgelopen wonde de schuld van hun slachtoffer is.
Jongens toch, was ik toch maar de zon, of liever Pluto, die gedegradeerd en wel daar miljoenen kilometers vandaan loopt te cirkelen in zijn gevangenis-baantje omheen dat sterretje.
Wat heeft dit alles te maken met Warden Oom? Om het kort te houden: niets. Ik houd ervan af en toe mijn gedachten eindeloos te laten stromen, vloeien, en dan met verbazing naar het resultaat te kijken.
Heeft Warden Oom dat ook op die manier gedaan, of heeft deze eenvoudige landman gelijk een echte vakman-schrijver zijn draadjes eerst goed uitgesponnen, om vervolgens over die steunen heen zijn web van De Blieckaerts te spinnen, en alle ongeluk van de wereld op die manier in het reine te laten komen?
Is Gezelle echt een grote dichter, of een man die alleen maar zag dat Vlaanderen nood had aan een leidende stem in het koor, een stem die de katholieke gedachte ronddroeg, een stem die zijn West-Vlaamse wortels zelf van bodem voorzag, en dus eigenlijk door zijn levenswijze ertoe kwam om uiteindelijk tegen de wil van bissschop en staat in de grootste onder zijn gelijken te worden?
Vermeulen en Gezelle, jullie zijn zo ontiegelijk moeilijk te lezen, voor het kleine limburgertje dat hier zijn laatste woordjes tikt, maar het is allemaal zo ... schoon. Dat Hercólubus nog lang moge draaien rondom de zon die ons warmte bezorgt, en, in de visie van Vermeulen en Gezelle, Gods warmte ronddraagt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten