Pagina's

ALS JE DE DUIVEL WILT BESTRIJDEN, MOET JE ZIJN BOEKEN LEZEN

danny.bloemenhof@gmail.com

donderdag 11 juni 2009

Prof. dr. Hajo Brugmans, en vrienden.

Een mooi boek dat me onlangs in handen gevallen is, vond ik op een vlooienmarkt. Weliswaar moet het boek een kleine reparatie ondergaan, want de hardcover dreigt los te komen van het blok. Maar benevens aanvaardbare slijtage van de hardcover zelf, is er verder niets aan de hand.

Het gaat hier over Historische Opstellen opgedragen aan Prof. Dr. H. Brugmans ter gelegenheid van zijn 25-jarig jubileum als hoogleeraar aan de Universiteit van Amsterdam door zijn oud-leerlingen, leerlingen, vrienden en vereerders. Het boek werd uitgegeven te Amsterdam in het jaar 1929, en bevat één enkele illustratie: een prachtige buitentekstreproductie van een potloodtekening van de gevierde professor door B. van Vlymen, gemaakt te Amsterdam in 1928.

Dit boek is dus door zijn oud-leerlingen opgedragen aan de prof, en tussen hen is er een naam die een belletje doet rinkelen: ene Prof. Dr. Th. Goossens, Rector der Roomsch-Katholieke Handels Hoogeschool. Is dit toeval, of bedriegt mijn geheugen mij? In het middelbaar onderwijs hebben wij wiskundeboeken gehad die geschreven waren door Th. Goossens. Misschien zoek ik spijkers op laag water, maar kom, het zou toch mooi zijn als dit waar is?

De inhoud van het boek is zo Hollands (en dat bedoel ik niet pejoratief) dat ik het vermoedelijk niet lezen zal. Als Vlaming die een overaanbod heeft van nog te lezen boeken, zijn onderwerpen die opstelgewijs voorgeschoteld worden, zoals "De buitenlandsche handel van Groningen in verband met den Frieschen handel gedurende de twaalfde en dertiende eeuw" en "Fransiscus Sonnius als catecheet" niet echt prioritair. Maar wanneer een dergelijk boek ergens in Vlaanderen op vlooienmarkten aangeboden wordt, zijn er maar twee wegen: iemand neemt het op, en doet de nodige restauratie, en geeft het vervolgens een gepaste plaats in zijn bibliotheek, of het blok komt helemaal los van de kaft, en de papiermolen wenkt. Ik heb voor de bibliofiele oplossing gekozen, ook als dat betekent dat de zorgvuldig samengebrachte geschriften verder geen vruchtbare toekomst wachten. Een Professor als Brugmans verdient beter.

Bij dezelfde gelegenheid kwam ik ook het boekje "Het Daensisme" uit de keurreeks van het Davidsfonds nummer 110 van 1969 tegen. Daens, zo heb ik reeds gemeld, heeft een zekere invloed op mij, en dus kon ik het niet laten liggen. Temeer daar de auteur niemand minder dan Lode Wils is, een gerenomeerd Vlaams geschiedkundige. Als L.P. Boon mij dan de weg gewezen heeft naar het Daensisme, dan mag ik het niet nalaten naast de geromantiseerde visie van Boon ook een zo objectief mogelijke synthese van deze stroming door te nemen.

Analecta, een verzameling korte verhalen is een veelbelovend werk van Marc Gielens, een Aalsterse auteur die blijkbaar een duizendpoot is, en die naast auteur ook door Tante google met de vinger gewezen wordt als lokaal politicus, en die in die functie onder meer ook verbonden was aan het Daensmuzeum, en in het Ducumentatiecentrum en Archief voor Daensisme en hedendaagse geschiedenis actief was. Zijn pen is scherp, en hij schrijft helder en duidelijk. Zijn vertelkunst is rechtaan-rechtdoor, en de pointes van zijn verhalen zijn, trouwens niet alleen volgens de recensie op de achterkant van het boekje, vergelijkbaar met Roald Dahl en Isaac Asimov. Misschien is dat een beetje aan de versgeschoren baard getrokken, maar feit is dat je meestal tot de laatste zinnen van het verhaal moet wachten voordat de frank valt. Tenzij mijn frank moeilijk uit de portemonnee komt, natuurlijk.

Van Felix Timmermans heb ik ook Pijp en Toebak te pakken gekregen, de Davidsfondsuitgave uit 1933 (volksreeks nr 24). Het boekje heeft geleden, maar is, op één ontbrekend blad na, nog leesbaar. Ook de rug is weggesleten, en de achterste kaft is verdwenen. De restauratie is schabauwelijk met bruin plastieken kleefband uitgevoerd, en de ontbrekende bladzijde is meteen ook de titelbladzijde van het allerlaatste verhaal: het zegevierend haasje. Dus heeft de "zorgzame" eigenaar de nummering maar in inkt ingekaderd om de aandacht op het ontbreken te vestigen, en op de volgende pagina de geredudeerde titel: "Het Haasje" in dezelfde inkt te schrijven. Als boek dus waardeloos, als uitgave te bewaren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten